Overig

De PIJ-maatregel belicht; behandeling via het jeugdstrafrecht

L. Bosch, C. Mak

Overig | Rode draad | Minderjarigen in het recht
april 2000
AA20000245

De positie van het slachtoffer in het systeem van strafproces-rechtelijke rechtsbetrekkingen

T.M. Schalken

In dit artikel behorende bij de rode draad 'Slachtoffers van delicten' staat centraal in hoeverre de positie van het slachtoffer te veel ondergeschoven is aan die van de verdachte in het strafproces. In het artikel wordt de volgende vraag gesteld en wordt getracht daar een antwoord op te vinden: hoe kan de processuele positie van het slachtoffer juridisch-theoretisch worden onderbouwd?

Overig | Rode draad | Slachtoffers van delicten
april 1989
AA19890238

De positieve interpretatie van het opportuniteitsbeginsel

P. Frielink

Overig | Rode draad | Canon van het Recht
oktober 2010
AA20100730

De psycho-sociale striptease

J. Knap

Artikel behorende bij de rode draad `Op zoek naar gefeminiseerd recht´ waarbij ingegaan wordt op een eerder artikel behorende bij de rode draad over de civilisering van het recht ten aanzien van seksueel geweld. De auteur pleit voor een grotere betekenis van het civiele recht bij seksuele getinte zaken in de relationele sfeer. De auteur meent dat de gelijkheid van partijen en de mogelijkheid om zowel onderzoek naar de `verdacht´ en het slachtoffer, de eisende partij, te doen een mogelijkheid met zich meebrengt om een beter vonnis te bewerkstelligen waarbij schadevergoeding en genoegdoening het beste tot zijn recht komt.

Overig | Rode draad | Op zoek naar gefeminiseerd recht
juni 1992
AA19920332

De reikwijdte van de plicht tot conforme interpretatie in het strafrecht tegen de achtergrond van de verhouding tussen de Europese en de nationale rechtsorde

J.G.H. Altena-Davidsen

Mag de nationale rechter weigeren een strafbepaling conform te interpreteren terwijl het Europese recht hem daartoe verplicht, indien conforme interpretatie volgens hem in strijd is met het legaliteitsbeginsel van artikel 1 Strafrecht? Deze vraag wordt bekeken vanuit verschillende constitutionele theorieën over de verhouding tussen het Europese en het nationale recht.

Bijzonder nummer | Zoeken naar hiërarchie | Overig
juli 2012
AA20120552

De rode draad: goed nieuws voor slachtoffers van delicten

M.S. Groenhuijsen

In de afgelopen jaren is door een grote meerderheid van wetenschappers, politici en practici de mening verdedigd dat een heroriëntatie op de belangen van slachtoffers in de strafrechtsbedeling noodzakelijk is. Aan het eind van de artikelenreeks in Ars Aequi een evaluatie over de huidige stand van zaken in de doctrine en in de rechtspraktijk. Onder meer aandacht voor secundaire victimisatie en de mogelijkheid van regelingen betreffende geleden schade. De richtlijnen-Vaillant en het rapport van de commissie Terwee komen uitgebreid aan de orde.

Overig | Rode draad | Slachtoffers van delicten
september 1989
AA19890740

De rol van de vrouw in de reclame

W. Sillevis Smitt

Noorwegen is een van de weinige landen in Europa met een wettelijke bepaling die het uitbeelden van sekse-discriminatie in reclame verbiedt. Nederland moddert wat aan met een vage en ruime bepaling die de rol van de vrouw in de reclame in goede banen moet leiden. Dagelijks worden we met reclame geconfronteerd en beïnvloedt reclame de maatschappij. De rol die de vrouw in de huidige reclame speelt, is dikwijls ergerlijk en achterhaald. Wellicht is het tijd voor verandering en kan de wettelijke regulering van Noorwegen voor ons als voorbeeld dienen.

Overig | Rode draad | Recht en reclame
november 1993
AA19930796

De Romeinsrechtelijke dwalingsregeling als grondslag van de huidige

J.H.A. Lokin

Aan de hand van de romeinsrechtelijke teksten wordt het begrip en de oorsprong van het begrip dwaling verklaard.

Overig | Rode draad | Digesten
september 2005
AA20050684

De Romeinsrechtelijke prijsbetalingsregel en het recht van reclame van artikel 7:39-44 BW

R. Feenstra

In dit artikel in de digestenreeks wordt de Romeinsrechtelijke prijsbetalingsregeling, een zaak is al volgens de regel overgedragen maar wordt pas eigendom van de koper nadat deze de koopprijs wordt voldaan, vergeleken met Nederlandsrechtelijke regeling rondom het recht van reclame.

Overig | Rode draad | Digesten
december 2006
AA20060876

De schadevergoedingsstraf. Rapport van de Commissie-Terwee

Inclusief inleiding Rode draad 'Slachtoffers van delicten'

J.F.L. Roording

De aandacht voor de positie van het slachtoffer is in sterke mate toegenomen afgelopen jaren. De instelling van de Commissie wettelijke voorzieningen slachtoffers in het strafproces (de Commissie-Terwee) was een logisch politiek gevolg. De Commissie wettelijke voorzieningen slachtoffers in het strafproces heeft in haar voorstellen een aantal opmerkelijke sancties geïntroduceerd, deze worden in dit artikel stuk voor stuk besproken: de voeging als benadeelde partij, de schadevergoedingsstraf, het schadefonds geweldsmisdrijven, bijzondere voorwaarde van storting van een som geld. Met name de schadevergoedingsstraf wordt uitgebreid toegelicht. Roording betoogt ten slotte dat beleidsmatige ondersteuning, onder anderen door politie, justitie en de magistratuur, een belangrijke rol speelt in de toepassing van de nieuwe sancties.

Overig | Rode draad | Slachtoffers van delicten
januari 1989
AA19890040

De schranderheid van Odysseus. Over Recht en literatuur en Recht door literatuur

C. Elion-Valter

Zijn recht en literatuur gescheiden werelden of delen zij karaktertrekken, is er wellicht zelfs spake van beïnvloeding? hieronder een korte inleiding op Recht en literatuur, iets over de historie en de ondervedelingen van het vak en de presentatie van Odysseus als proto-jurist, gescherpt door ervaring en uitblinkend in schranderheid.

Overig | Rode draad | Recht en literatuur
januari 2004
AA20040008

De soevereiniteit van de Nederlandse wetgever en de grondwettelijke zegen van de rechter

J.W. Sap

Sinds 1848 bepaalt de Grondwet dat de rechter niet aan de Grondwet toetst. De ‘wetten zijn onschendbaar’ luidt het adagium waarop in Nederland de staatsrechtelijke verhoudingen zijn gestoeld. Over de wenselijkheid van dit verbod wordt al sinds 1848 gediscussieerd. Het moge duidelijk zijn dat de meningen zijn verdeeld omtrent de wenselijkheid van een (eventueel) rechterlijk toetsingsrecht. Zo wordt betoogd dat een rechterlijk toetsingsrecht een onaanvaardbare inbreuk is op de soevereiniteit van de wetgever. Daar staat echter weer tegenover dat de wetgever ook nu gezien artikel 94 Grondwet niet altijd het laatste woord heeft ten aanzien van geldigheid van wetten. In een recent aanhangig gemaakt wetsvoorstel (TK 2001-2002, 28 331 nrs. 1-3) van Tweede Kamerlid Halsema wordt wederom de discussie omtrent het verbod van constitutionele toetsing door de rechter aangewakkerd. Sterker nog: het betreffende wetsvoorstel voorziet in de introductie van een beperkte bevoegdheid tot constitutionele toetsing door de rechter.

Overig | Rode draad | Constitutionele toetsing
maart 2003
AA20030159