Metajuridica

Straffe desinformatiewetgeving? Bedenkingen vanuit Franse en Europese Unie-wetgeving

M. Klos, I.D. Siegel

Post thumbnail Moet in Nederland desinformatie strafbaar worden gesteld? In dit artikel wordt gekeken wat de laatste ontwikkelingen zijn van desinformatieregulering op het niveau van de Europese Unie. Daarnaast wordt gekeken naar Franse wetgeving omtrent desinformatie en wordt belicht hoe de rol van de rechter daarin uiteindelijk zeer beperkt is omwille van de vrijheid van meningsuiting. Ten slotte wordt gewaarschuwd tegen een expliciete strafbaarstelling van desinformatie, bekeken vanuit de soft-lawaanpak van de EU en de hardere juridische aanpak van Frankrijk.

Bijzonder nummer | Reizen naar Recht
juli 2024
AA20240682

Strafrecht als ultimum remedium Levend leidmotief of archaïsch desideratum?

Levend leidmotief of archaïsch desideratum?

J.H. Crijns

Post thumbnail Elke rechtenstudent wordt tijdens zijn studie geconfronteerd met de gedachte dat het strafrecht moet worden beschouwd als ultimum remedium; alleen als (is gebleken dat) geen enkel ander middel geschikt is, dient te worden gekozen voor de inzet van het strafrecht. De in de toepassing van het strafrecht besloten liggende gedachte van subsidiariteit gaat in die zin reeds aan het gehele strafrecht vooraf. Het is echter geen geheim dat de ultimum remedium-gedachte het de laatste jaren moeilijk heeft.

Verdieping
januari 2012
AA20120011

Stroomlijning van het hoger beroep in strafzaken (Digitaal boek)

P.G. Wiewel, R.E. de Winter

Post thumbnail In dit boek wordt getracht de mogelijke consequenties van de in 2007 inwerkingtreding Wet stroomlijning hoger beroep te belichten. De auteurs zijn vrijwel allemaal raadsheer bij gerechtshof Amsterdam.

9789069167114 - 22-01-2007

Summum ius summa iniuria

H.T.M. Kloosterhuis, C.E. Smith

In deze column bespreken Carel Smith & Harm Kloosterhuis Erasmus en Radbruch die op hun beurt de rechtsspreuk 'summum ius summa iniuria' van Cicero bespreken.

Perspectief | Column
april 2021
AA20210416

Symboolrechtspraak: over recht doen aan samenleving en individu

Taal in de internationaal-strafrechtelijke praktijk

A.M.M. Orie

Welke talen spreken en schrijven de rechters en andere procesdeelnemers in de Internationale Tribunalen? In welke talen zijn de rechtsbronnen gesteld? En van welke talen bedienen de gerechten zich als instituut? Deze vragen, die overigens niet uitsluitend aan de orde zijn in de internationale strafrechtspleging, staan in deze bijdrage op de voorgrond.

Bijzonder nummer | Recht & taal
juli 2015
AA20150612

Te ‘politiek gevoelig’ voor de rechter?

Een empirisch-juridisch onderzoek naar (waargenomen) politiek gevoelige zaken en vertrouwen in de rechter

E. Grosfeld, A. Jansma, A.M. Overheul

Post thumbnail Deze bijdrage weergeeft de resultaten van een empirisch onderzoek naar de relatie tussen politiek gevoelige zaken en publiek vertrouwen in de rechter, en de wijze waarop deze relatie beïnvloed wordt door de wijze waarop zaken gepresenteerd worden in de media. In twee studies (N = 100 en N = 398) hebben de auteurs het vertrouwen dat mensen hebben in de rechter gemeten en onderzocht in hoeverre de respondenten een zaak als politiek gevoelig waarnemen. Uit het onderzoek volgt dat respondenten bepaalde rechtszaken, zoals covid- en klimaatzaken, inderdaad als ‘politiek gevoeliger’ zien dan ‘neutrale’ civielrechtelijke zaken, waarin sprake is van een burenruzie of huurdersgeschil. De resultaten van het onderzoek laten zien dat dit het vertrouwen in de rechter ondermijnt, met name wanneer die rechter door respondenten als ‘activistisch’ wordt gezien.

Verdieping | Verdiepend artikel
april 2025
AA20250257

Tegenspraak in de rechtswetenschap

R.A.J. van Gestel

Post thumbnail

De vraag of tegenspraak binnen de rechtswetenschap voldoende georganiseerd is laat zich moeilijk in algemene zin beantwoorden, alleen al omdat onze discipline heel pluriform is en in toenemende mate internationaal, terwijl tegenspraak verschillende vormen kan aannemen en een toetsingskader voor wat als ‘voldoende’ wordt beschouwd ontbreekt. In deze bijdrage wordt niettemin de stelling betrokken dat juristen bij de beoordeling van hun onderzoek wel erg zwaar leunen op zelfregulering zonder daarbij kritisch te reflecteren op kwaliteitsstandaarden, op methodologische spelregels en op de inrichting van meer expliciete, op hoor en wederhoor gebaseerde, onpartijdige beoordelingsprocedures.

Verdieping | Verdiepend artikel
november 2017
AA20170878

Tekst- en datamining over de grens

A. Moerland

Post thumbnail Kunstmatige intelligentie (AI) moet toegang hebben tot enorme hoeveelheden gegevens om getraind te kunnen worden. Dit artikel bespreekt de behoefte aan passende uitzonderingen voor tekst- en datamining in het auteursrecht, die aan de ene kant de ontwikkeling van AI stimuleren en tegelijkertijd menselijke auteurs in staat stellen om inkomsten te genereren. De EU, de VS en Japan hebben verschillende oplossingen gekozen.

Bijzonder nummer | Reizen naar Recht
juli 2024
AA20240672

Tenuitvoerlegging van een EHRM-uitspraak: verplichtingen, spelers en procedures

L.R. Glas

Voor de praktische betekenis van het Europees Hof voor de Rechten van de Mens is de tenuitvoerlegging van zijn uitspraken minstens even belangrijk als de uitspraken zelf. Om een uitspraak ten uitvoer te leggen, moet een staat verschillende maatregelen nemen en doelen bereiken. Het Comité van Ministers ziet toe op dit proces en kan, net als de staat en anderen, verschillende procedurele stappen zetten om tenuitvoerlegging te bespoedigen. 

Literatuur | Proefschriftbijdrage
juni 2016
AA20160478

Ter lering ende vermaak

V. Mak

Recht en literatuur zijn nauw met elkaar verbonden. In deze column legt Vanessa Mak uit waarom. Inclusief leestips!

Opinie | Column
oktober 2015
AA20150777

The Collapse of American Criminal Justice – W.J. Stuntz

M.A.H. van der Woude

Post thumbnail The Collapse of American Criminal Justicewerd door rechtsgeleerde William Stuntz afgerond op zijn sterfbed. Daardoor heeft hij niet meer kunnen meemaken wat het boek teweeg heeft gebracht. Maartje van der Woude bespreekt in deze bijdrage het boek, dat volgens haar verplichte kost zou moeten worden voor Nederlandse juridische masterstudenten.

Literatuur | Boekbespreking
januari 2014
AA20140073