Internationaal Europees en buitenlands recht

UCERF 16 - Actuele ontwikkelingen in het familierecht

Van je familie moet je het hebben? Intergenerationele familiezorg in het privaatrecht

F. de Kievit

Femke de Kievit gaat in op de urgente vraag hoe informele zorg voor ouderen in een sterk vergrijzende samenleving geregeld kan worden, en met name welke rol het privaatrecht daarbij zou kunnen vervullen. Met het verschuiven van zorg naar het private domein rijst ook de vraag of de rol van het privaatrecht belangrijker zal of […]

Van Munster: een opmerkelijke uitspraak van het EG-hof inzake het vrij verkeer van werknemers met potentieel verstrekkende implicaties

T. Heukels

Hof van Justitie van de Europese Gemeenschappen (HvJ EG) 5 oktober 1994, zaak C-165/91, ECLI:EU:C:1994:359 (Simon J. M. van Munster/Rijksdienst voor Pensioenen) In dit arrest van het HvJ EG komt de Europese dimensie rondom de gelijkberechtiging van mannen en vrouwen bij het toekennen van sociale zekerheidsrechten in de verschillende Lid-staten aan de orde.

Annotaties en wetgeving | Annotatie
april 1995
AA19950296

Van Tariefcommissie naar Douanekamer (Digitaal boek)

F. Possen

Post thumbnail Speciale bundel in de Prinsengrachtreeks door medewerkers van de Tariefcommissie over de overgang van Tariefcommissie naar Douanekamer.

9789069169576 - 24-01-2002

Van Wenen naar Nice: Nieuwe voorwaarden voor het instellen van sancties door de EU tegen een lidstaat die de grondrechten schendt

S.F. Blockmans

Naar aanleiding van het debacle omtrent de kwestie Oostenrijk is in het Verdrag van Nice de bestaande procedure voor het nemen van sanctiemaatregelen tegen een lidstaat die zich schuldig maakt aan schending van de beginselen van democratie, de rechtsstaat en eerbiediging van mensenrechten en fundamentele vrijheden aangescherpt. Maar zolang het EU-Verdrag niet voorziet in een uittredings-en/of uitstotingsclausule mist de Europese Unie een belangrijk wapen in de strijd voor de bescherming van de gemeenschappelijke Europese waarden.

Bijzonder nummer | De toekomst van de Europese integratie
mei 2001
AA20010331

Van WOTS naar WETS: de overdracht van de tenuitvoerlegging van strafvonnissen

J.T.J Struyker Boudier

Op 1 november jl. is de Wet wederzijdse erkenning en tenuitvoerlegging vrijheidsbenemende en voorwaardelijke sancties (WETS) in werking getreden.  De WETS vervangt in de relatie met de lidstaten van de Europese Unie de Wet overdracht tenuitvoerlegging strafvonnissen (WOTS). In dit artikel gaat Jacob Struyker Boudier in op een aantal belangrijke aspecten van de WETS.

Annotaties en wetgeving | Wetgeving
december 2012
AA20120938

Veelheid van rechtsbronnen: één IPR?

A.V.M. Struycken

Het recht verdraagt geen wanorde. Wanordelijk recht schiet tekort in het doen ontstaan en voortbestaan van gerechtigheid in de maatschappelijke verhoudingen. De redactiecommissie van dit Bijzonder nummer ziet een probleem ontstaan; zij vindt het althans van belang zich de vraag te stellen of de harmonie in het recht heden ten dage kan worden behouden bij de veelheid en de betekenis van de niet-Nederlandse rechtsbronnen. In het onderstaande wordt gepoogd enige gedachten te ontwikkelen over de wijze waarop de wetgever bij voorkeur te werk zou moeten gaan in de sector internationaal privaatrecht (IPR). Eerst wordt ingegaan op de vraag waar de Nederlandse wetgever de wettelijke voorschriften van IPR bij voorkeur zou moeten onderbrengen (I). Vervolgens komt aan de orde de vraag hoe verdragsregels en EG-voorschriften zouden moeten worden ingepast (II).

Bijzonder nummer | Rechtsharmonie - Wetsharmonie
mei 1996
AA19960347

Verbeterde mogelijkheden voor vergoeding van schade door ongevallen met olietankers

W.J.G. Oosterveen

In dit artikel wordt beschreven hoe twee protocollen die wijzigingen brengen in twee verdragen die schade veroorzaakt door olietankers regelen doorwerken in het Nederlandse recht en welke regels de nieuwe protollen stellen.

Annotaties en wetgeving | Wetgeving
juni 1997
AA19970423

Verbindendheid sanctieregeling Iran 2007 ter uitvoering van Veiligheidsraadresolutie 1737

L.J. van den Herik

Hoge Raad 14 december 2012, nr. 11/03521, ECLI:NL:PHR:2012:BX8351, LJN: BX8351

Annotaties en wetgeving | Annotatie
juni 2013
AA20130496

Verboden voor Iraniërs!

Over de uitsluiting van Iraanse studenten van gevaarlijke studies en de verhouding tussen fundamentele rechten, de EU en de VN

A. Cuyvers

Nederland besloot in juli 2008 iedereen met de Iraanse nationaliteit de toegang tot bepaalde locaties te ontzeggen en uit te sluiten van negen ‘gevoelige’ studieonderdelen waarbij nucleaire kennis kan worden overgedragen. Een maatregel die natuurlijk een symfonie aan juridische en morele alarmbellen doet afgaan. Maar ook een maatregel die uitvoering gaf aan het ‘hogere’ VN- en EU-recht en het niet onbelangrijke doel had om te voorkomen dat het regime in Teheran ooit de beschikking zou krijgen over een bom. Enkele Iraanse studenten en wetenschappers vochten deze uitsluiting aan bij de Rechtbank Den Haag. De uitspraak van de rechtbank vormt het uitgangspunt van deze bijdrage, die verder ingaat op drie centrale vragen die deze zaak oproept.

Verdieping | Verdiepend artikel
november 2010
AA20100771

Vergelijkende reclame

J.A.K. van den Berg, C. Mak

Wetsvoorstel 27619, dat momenteel aanhangig is en dient ter implementatie van EG-richtlijn 97/55, belooft echter aan deze onzekerheid een einde te maken door regels te stellen omtrent de toelaatbaarheid van vergelijkende reclame.

Annotaties en wetgeving | Wetsvoorstellen
november 2001
AA20010896

Vergeten of herinneren

W.J. Veraart

Bijdrage in de reeks 'Recht & Cultuur' waarbij er ingegaan wordt op de film 'The Eternal Sunshine of the Spotless Mind' waarbij aan de auteur de volgende vraag opgeroepen werd: 'hoe verhoudt onze rechtsorde zich tot onze capaciteiten om te herinneren en te vergeten?'.

Blauwe pagina's | Recht en Cultuur
november 2009
AA20090706

Verleden, heden en toekomst van het Europees contractenrecht

H.N. Schelhaas

Post thumbnail In deze bijdrage wordt de harmonisatiebeweging van het Europees contractenrecht van de afgelopen decennia geanalyseerd, waarbij aandacht wordt besteed aan het Unierecht en niet-bindende regelgeving als de Principles of European Contract Law. In ieder geval zijn drie stadia te herkennen: waar in het begin nog werd gepleit voor een alomvattend Europees Burgerlijk Wetboek, werd later een stap terug gezet en werd gepoogd alleen grote delen van het contractenrecht te harmoniseren. Het huidige stadium is weer verder afgeschaald: vanuit een centrale thematiek – nu de interne digitale markt – wordt uniforme regelgeving ontworpen. Op basis van deze tendensen wordt nader ingegaan op de toekomst van de harmonisatieontwikkeling.

Verdieping | Verdiepend artikel
juni 2021
AA20210573