Verplichte HIV-test versus het nemo-teneturbeginsel
In dit artikel wordt ingegaan op de verhoudingen en spanningen die bestaan tussen het ondergaan van een verplichte HIV-test door een verdachte in geval van een verdenking van een strafbaar feit waarbij het slachtoffer in aanraking is geweest met lichaamsvocht dat het HIV-virus kan overdragen en het nemo-teneturbeginsel. Het wetsvoorstel dat een verplichte test regelt is het wetsvoorstel ‘verplichte medewerking aan een bloedtest in strafzaken’. Dit wetsvoorstel is met algemene stemmen aangenomen in de Tweede Kamer. In het artikel wordt beschreven hoe de voorziening via een civiele procedure in het strafrecht wordt vormgegeven. Dit was de ‘oude’ weg. In geval het wetsvoorstel wet wordt, zal het de slachtofferbescherming ten goede komen. Vervolgens wordt er ingegaan op de rechtspositie van de verdachte binnen de nieuwe regeling waarbij onder andere wordt ingegaan op het artikel dat de lichamelijke integriteit beschermt (art. 11 Gw). Tenslotte wordt er ingegaan op een mogelijke inbreuk op het nemo-teneturbeginsel en een rechtvaardiging daarvoor.
Verschijningsvorm: Maandbladartikel (download pdf)
Auteur(s): J. Schrover
Verschijning: mei 2009
Archiefcode: AA20090298
aids civiele procedure dwangmiddel ernstige strafbare feiten hiv-test nemo tenetur-beginsel wetswijziging
U heeft geen toegang tot de download(s) van dit product.
Login of bekijk onze abonnementen