Internationale arbitrage en fundamenteel recht


Supreme Court of the United States 18 March 1985, 473 U.S. 614, 105 S.Ct. 3346, 87 L.Ed. 2d 444, 1985 (Mitsubishi Motors Corporation v. Soler Chrysler-Plymouth, inc.)

Hof van Justitie Europese Gemeenschappen (HvJ EG) 1 juni 1999, ECLI:EU:C:1999:269, zaak C-126/97, NJ 2000, 339 (Eco Swiss v. Benetton)

In deze noot worden twee arresten over een geval van een kwestie die beheerst wordt door een fundamenteel recht en of deze kwestie desondanks vatbaar is voor arbitrage. Er wordt een uitspraak van het U.S. Supreme Court vergeleken met een arrest van het HvJ EG. De auteur komt tot de conclusie dat ondanks dat er sprake is van een andere rechtsfamilie (common law vs. civil law) er in vergelijkbare kwesties materieel dezelfde uitkomst is.

Zie voor de oorspronkelijke uitspraak: Mitsubishi Motors Corporation v. Soler Chrysler-Plymouth


Verschijningsvorm: Maandbladartikel (download pdf)

Auteur(s): Th.M. de Boer

Verschijning: januari 2003

Archiefcode: AA20030050

Hof van Justitie Europese Gemeenschappen 01-06-1999 (ECLI:EU:C:1999:269) zaaknummer: C-126/97,
Supreme Court of the United States 18-03-1985 zaaknummer: 83-1569, 83-1733

arbitrage civil law common law rechtsfamilie rechtsvergelijking

Burgerlijk recht Internationaal Europees en buitenlands recht Internationaal en Europees privaatrecht

Annotaties en wetgeving Annotatie