M.J.G.C. Raaijmakers
Hof van Justitie van de Europese Gemeenschappen (HvJ EG) 5 november 2002, ECLI:EU:C:2002:632, nr C-208/00, NJ 2003, 58, m.nt. P. Vlas; JOR 2003, 4 m.nt. G. van Solinge (Überseering)
Verdragsrechtelijke vestigingsvrijheid binnen de Europese Unie verhindert dat een lidstaat op grond van zijn internationaal privaatrecht een buitenlandse rechtspersoon die haar werkelijke zetel binnen die lidstaat heeft beperkingen kan opleggen anders dan op grond van het algemeen belang.
Annotaties en wetgeving | Annotatie
mei 2003
AA20030379