opzet

Resultaat 25–32 van de 32 resultaten wordt getoond

Onvrijwillige seksuele interactie

Enkele vraagstukken over reikwijdte, systematiek en proportionaliteit bij de voorgenomen strafbaarstellingen van onvrijwillige seksuele interactie

K.K. Lindenberg

Het voorontwerp Wet seksuele misdrijven beoogt de huidige zedendelicten fundamenteel te herzien. In deze bijdrage wordt ingegaan op het nieuwe misdrijf ‘seksuele interactie tegen de wil’ in relatie tot de misdrijven ‘aanranding’ en ‘verkrachting’. Het voorontwerp roept hierover de nodige vragen op die van belang zijn voor de acceptatie, werkbaarheid en houdbaarheid van de nieuwe wet.

Opinie | Opiniërend artikel
november 2020
AA20201014

Opzet bij ziekte?

J. Giltaij, E.A.G. van Schagen

In dit redactionele artikel wordt ingegaan op de loondoorbetalingsverplichting bij ziekte van de werknemer door de werkgever. De loondoorbetalingsplicht bestaat niet in geval de werknemer de ziekte opzettelijk heeft veroorzaakt. In dit artikel wordt ingegaan op een aantal rechterlijke uitspraken waarin het opzetcriterium op verschillende manieren wordt uitgelegd wat volgens de redacteuren tot verschillende uitspraken leidt.

Opinie | Redactioneel
februari 2009
AA20090085

Opzet en schuld (Digitaal boek)

B.F. Keulen, M. Otte

Post thumbnail In dit cahier worden de bestanddelen die opzet en schuld uitdrukken besproken. Bij de bespreking ligt de nadruk op het positieve recht.

9789069163130 - 18-01-1999

Opzet, schuld en toeval

T. Wallinga

In dit artikel in de Digesten reeks wordt de oorsprong van de opzet, schuld en toeval in het aansprakelijkheidsrecht besproken aan de hand van het Romeiense recht. Later wordt nog gekeken hoe het zit in het Nederlandse recht.

Overig | Rode draad | Digesten
november 2005
AA20050918

Rechtsvraag (295) materieel strafrecht: opzet in de Opiumwet

N. Rozemond

Rechtsvraag op het gebied van het materieel strafrecht, in het bijzonder het opzetbegrip in de Opiumwet.

Perspectief | Rechtsvraag
april 2001
AA20010282

Roekeloos rijgedrag – een nieuwe strafbaarstelling in het verkeersstrafrecht

H.M. van Maurik

Met de Wet aanscherping strafrechtelijke aansprakelijkheid ernstige verkeersdelicten die op 1 januari 2020 in werking is getreden, heeft de wetgever een duidelijk signaal afgegeven dat hij strenger wil (kunnen) optreden tegen verkeersgedrag dat als gevaarlijk of zeer onwenselijk wordt beschouwd. De meest in het oog springende wijziging is de introductie van een nieuwe strafbaarstelling voor zeer gevaarlijk rijgedrag dat zonder gevolgen is gebleven (art. 5a WVW) en waarop gevangenisstraf is gesteld van maximaal twee jaar. In deze bijdrage staat deze nieuwe bepaling centraal.

Annotaties en wetgeving | Wetgeving
februari 2020
AA20200193

Voorbereiding liquidatie? De strafrechtelijke aansprakelijkheid van zogeheten ‘plakkers’

Beantwoording rechtsvraag (351) Strafrecht

M.J. Dubelaar

In het oktobernummer van Ars Aequi verscheen een rechtsvraag over de (mogelijke) voorbereiding van een liquidatie. In dit artikel geeft Marieke Dubelaar antwoord op die rechtsvraag, en onthult wie de winnaar van de hoofdprijs van € 200 is.

Perspectief | Rechtsvraag
mei 2022
AA20220424

Wettelijke aansprakelijkheidsbeperking AFM en DNB strijdig met Unierecht?

D. Busch, S.A.M. Keunen

Hof van Justitie van de Europese Unie (HvJ EU) 4 oktober 2018, ECLI:EU:C:2018:807 (Nikolay Kantarev/Balgarska Narodna Banka) Artikel 1:25d Wft beperkt de aansprakelijkheid van onze financiële toezichthouders AFM en DNB tot gevallen waarin de schade in belangrijke mate het gevolg is van opzet of grove schuld. Gaat dit verder dan de ‘voldoende gekwalificeerde schending’ die het Unierecht als voorwaarde voor lidstaataansprakelijkheid stelt? De thans ter bespreking voorliggende uitspraak van het Hof van Justitie van de Europese Unie is voor de beantwoording van deze vraag van rechtstreeks belang.

Annotaties en wetgeving | Annotatie
januari 2019
AA20190059

Resultaat 25–32 van de 32 resultaten wordt getoond