geneeskundige behandelingsovereenkomst

Toont alle 9 resultaten

Ben ik mijn been, heb ik mijn been, waar is mijn been?

Naar een radicale keuzevrijheid na amputatie

R.I.C. Baart, B. Jansen

Post thumbnail Wanneer een been moet worden geamputeerd, blijven patiënten daar rechten over hebben. Dat resulteert erin dat zij hun been mogen begraven, cremeren of mee naar huis nemen. Anders dan nu gewoon is, zouden artsen iedere amputatiepatiënt moeten wijzen op deze mogelijkheden, op grond van goederen-, gezondheids- en mensenrechtelijke overwegingen.

Verdieping | Verdiepend artikel
januari 2020
AA20200009

Bewijslastdeling, de informatieplicht van de arts en het recht op zelfbeschikking: communicerende vaten!

I. Giesen

In deze bijdrage staat de bewijslastverdeling in een procedure tot verkrijging van schadevergoeding tegen een arts, wegens schending van zijn informatieplicht, centraal. Betoogd wordt dat het recht op zelfbeschikking niet alleen van invloed is op de zorgvuldigheidsnorm waaraan de arts dient te voldoen, maar ook een rechtvaardiging kan zijn voor een verdergaande afwijking van de hoofdregel van bewijslastverdeling. Daarbij wordt ook het Duitse recht aan een beschouwing onderworpen.

Verdieping | Studentartikel
september 1996
AA19960534

De contractuele aansprakelijkheid van de medisch specialist bij het gebruik van een chirurgische robot met artificiële intelligentie

Y. Hafez

Post thumbnail

Het gebruik van een chirurgische robot met artificiële intelligentie (AI) roept specifieke aansprakelijkheidsvragen op. Aan de hand van welke toetsingsmaatstaf moeten we bijvoorbeeld beoordelen of het gebruik van zo’n robot een tekortkoming oplevert, en in welke gevallen is zo’n tekortkoming toerekenbaar? De regelgeving van afdeling 6.1.9 BW en de wettelijke normen die specifiek gelden voor hulpverleners bieden onvoldoende uitkomst. Technologische ontwikkelingen zijn, evenals de huidige ontwikkelingen in (Europese) wetgeving, meer dan welkom.

Overig | Ars Aequi-prijswinnaar | Verdieping | Studentartikel
april 2022
AA20220257

De geneeskundige behandelingsovereenkomst en de vertegenwoordiging van meerderjarige onbekwamen

F.C.B. van Wijmen

Eind mei 1990 is bij de Tweede Kamer een ontwerp van Wet geneeskundige behandelingsovereenkomst ingediend, waarin het beginsel, dat voor medische behandeling op deugdelijke informatie gebaseerde toestemming vereist is, een centrale plaats inneemt. Zeer veel mensen zijn niet in staat tot het geven van een dergelijk 'informed consent'. Voor plaatsvervangend beslissen en andere vertegenwoordigingssituaties in het kader van de individuele gezondheidszorg bevat het ontwerp ook een regeling. Voor meerderjarige onbekwamen is die, mede in relatie tot andere huidige en toekomstige wetgeving, voor verbetering vatbaar.

Overig | Rode draad | De positie van onbekwamen in het recht
april 1991
AA19910307

De Wet omtrent de overeenkomst inzake geneeskundige behandeling

I. Jansen

In dit artikel wordt de Wet omtrent de geneeskundige behandeling besproken. Deze wet, die wijziging brengt in het BW en bepaalde wetten reguleert de bijzondere verhouding tussen medisch hulpverlener en de patiënt. In dit artikel worden alle bijzondere facetten van de wet en de geneeskundige behandelingsovereenkomst besproken.

Annotaties en wetgeving | Wetgeving
april 1995
AA19950264

Een kwestie van vertrouwen

J. Broekhuizen, A. van Veen

De redacteuren wijzen er in dit artikel op dat met de invoering van de geneeskundige behandelingsovereenkomst als bijzondere overeenkomst in boek 7 BW het gevaar ontstaat dat de verhouding arts-patiënt onnodig wordt gejuridiseerd zoals dit in de Verenigde Staten is gebeurd. Het kan volgens de redacteuren leiden tot onnodige aansprakelijkstellingen en conflicten.

Opinie | Redactioneel
maart 1994
AA19940135

Gebrekkige hulpzaak bij medische behandeling

W.H. van Boom

Hoge Raad 19 juni 2020, ECLI:NL:HR:2020:1082 (Miragel-plombe), Hoge Raad 19 juni 2020, ECLI:NL:HR:2020:1090 (PIP-implantaat)

Annotaties en wetgeving | Annotatie
maart 2021
AA20210268

september 1991

Katern 40: Gezondheidsrecht

G.A. van Eikema Hommes

december 2000

Katern 77: Burgerlijk recht

I. Brand, R.M.Ch.M. Koot, L. Reurich, B.T.M. van der Wiel

Toont alle 9 resultaten