Canoniek recht

Toont alle 6 resultaten

Een recht is een recht. Kerkelijk pensioenfonds als burgerlijke rechtspersoon?

A.P.H. Meijers

Is een kerkelijk pensioenfonds een zelfstandig onderdeel van het Rooms-Katholiek kerkgenootschap? De Commissie Gelijke Behandeling vindt van niet? De interpretatie van artikel 2:2 BW en artikel 3 Algemene Wet Gelijke Behandeling wordt in het licht van de godsdienstvrijheid als recht van het kerkgenootschap geplaatst. Aan de hand van een recent oordeel van de Commissie Gelijke Behandeling wordt ingegaan op de doorwerking van kerkelijk recht en met name van het canoniek recht als kerkgenootschappelijk statuut binnen de Nederlandse burgerlijke rechtsorde.

Bijzonder nummer | Recht & Religie
juli 2003
AA20030588

Het canonieke recht in de Nederlandse rechtsorde

Twee probleemgevallen en een rechtsvergelijking

Q. Mauer

Post thumbnail Artikel 2:2 BW waarborgt een soepele doorwerking van het canonieke recht in de Nederlandse rechtsorde. Leken kunnen de indruk hebben dat ambtsdragers van de Rooms-Katholieke Kerk, zoals de pastoor, volledige vertegenwoordigingsbevoegdheid hebben over de rechtspersonen waar ze leiding aan geven. Deze bevoegdheid is echter dikwijls door het canonieke recht ingeperkt. Dit kan leiden tot een doorkruising van het rechtszekerheidsbeginsel, wanneer private contractspartijen overeenkomsten sluiten met deze ambtsdragers die geen volledige vertegenwoordigingsbevoegdheid hebben. In dit artikel wordt dit probleem uitgelegd aan de hand van twee recente zaken en een rechtsvergelijking met een ‘concordaatsland’.

Verdieping | Verdiepend artikel
maart 2023
AA20230187

september 1991

Katern 40: Rechtsgeschiedenis

J.H.A. Lokin

Katholiek tuchtrecht

A.P.H. Meijers

Post thumbnail Het pastoraat is het werkveld van de kerk. Daarin worden fouten gemaakt. Van kerkgemeenschappen wordt verwacht daartegen tuchtrechtelijk op te treden. Deze vraag was en is dringend wanneer in het pastoraat seksueel misbruik wordt gepleegd. In deze bijdrage wordt een overzicht van de recente ontwikkeling van het tuchtrecht binnen de katholieke kerk gegeven met bijzondere aandacht voor de problematiek van seksueel misbruik.

Bijzonder nummer | Tuchtrecht
juli 2016
AA20160554

Non bis in idem of de schoonheid van de rechtsgeschiedenis

W.F. van Hattum

Post thumbnail

De afgelopen jaren deed ik onderzoek naar de achtergronden van artikel 68 van het Wetboek van Strafrecht (Sr). Dit artikel formuleert de voorwaarden waaronder een tweede vervolging wegens hetzelfde feit niet wordt toegestaan: non bis in idem. Aanleiding om mij in dit onderwerp te verdiepen vormden enkele arresten van de Hoge Raad. De Hoge Raad beriep zich voor zijn standpunt of er wel of geen sprake was van een tweede vervolging wegens hetzelfde feit op ‘de strekking van art. 68’ en ‘het beginsel van het artikel’. De vraag was: op welk beginsel beriep hij zich? Waar stond het? Waar kwam het vandaan? De antwoorden die ik in de geschiedenis vond, boden een verrassende blik op de gebeurtenissen, de taal, de ontwikkelingen, en de personen rond dit onderwerp. Zij ontsloten onder meer de bron van de woorden non bis in idem en de betekenis die zij in de loop der eeuwen kregen. Mijn bijdrage gaat over deze twee historische aspecten van de regel.

Overig | Rode draad | Historische wortels van het recht
april 2013
AA20130314

Zelfmoord in de common law

Over het menselijk lichaam en het vermogensrecht

J.E. Jansen

Post thumbnail

Tot 3 augustus 1961 was het plegen van zelfmoord in Engeland en Wales een strafbaar feit. Op die dag maakte section 1 van de Suicide Act aan deze toestand een einde. De strafbaarheid van zelfmoord leeft voort in het taalgebruik: to commit suicide, zelfmoord plegen. De bepaling uit 1961 is interessant omdat zij een schakel vormt tussen het moderne recht en de twee stelsels die juridische studenten sinds de Middeleeuwen bestudeerden, het Romeinse recht en het canonieke recht, en die tezamen verklaren waarom men in Nederland rechten studeert en niet recht, rechtsgeleerdheid, rechtskunde of rechtswetenschap.

Blauwe pagina's | Bijzondere bepalingen
oktober 2016
AA20160700

Toont alle 6 resultaten