Resultaat 13–21 van de 21 resultaten wordt getoond
maart 2002
Th. Peters
juni 2005
F. de Lange
L.J.A. Damen
Afdeling bestuursrechtspraak Raad van State (ABRvS) 24 december 2008, nr. 200802629/1, ECLI:NL:RVS:2008:BG8294, LJN: BG8294, NJB 2009, p. 119, nr. 85, JB 2009, 42 m. nt. Albers, Gst (2009) 7311.13 m. nt. Teunissen Uitspraak van de ABRvS in een langslepend conflict over schadevergoeding bij een vernietigd besluit. In de uitspraak die in deze noot besproken wordt staat het relativiteitsbeginsel centraal. Ook komt het specialiteitsbeginsel aan de orde net als de redelijke termijn.
Annotaties en wetgeving | Annotatieapril 2009AA20090244
H. Botter
In films over spookhuizen eindigt het verhaal volgens Hugo Botter altijd net wat te vroeg. Want wat gebeurt er met het perceel? Verandert het bestemmingsplan, of krijgen de eigenaren bijvoorbeeld planschadevergoedingen? Voor vier van deze horrorfilms schrijft hij dan ook een alternatief einde in deze column.
Perspectief | Columndecember 2023AA20230999
P.J.J. van Buuren, B.J. Schueler
Rechtsvraag waarbij het ruimtelijk bestuursrecht aan de orde komt. Er komen vragen aan bod over de volgende onderwerpen: vrijstelling, legalisering en aansprakelijkheid voor schade.
Perspectief | Rechtsvraagjanuari 1996AA19960070
Th.G. Drupsteen
Afdeling bestuursrechtspraak Raad van State (ABRvS) 15 december 1995, ECLI:NL:RVS:1995:AN5094, nr. FO 1.95.0203 (mr. De Vries), AB 1996, 303, m.nt. PvB, Gem. Stem 1996, 7037, nr. 4, m.nt. HH. In deze uitspraak van de ABRvS en de daarbij behorende noot wordt ingegaan op de rechtsbescherming bij besluiten en plannen die genomen en gemaakt worden op basis van de WRO.
Annotaties en wetgeving | Annotatiedecember 1996AA19960768
A.G.A. Nijmeijer
Afdeling bestuursrechtspraak Raad van State (ABRvS) 11 juli 2012, ECLI:NL:RVS:2012:BX1112, LJN: BX1112, nr. 201100219/1/R4
Annotaties en wetgeving | Annotatienovember 2012AA20120837
P.J. Boon
KB 19 februari 1993, nr. 93.001471, AB 1993, 385 In deze uitspraak van de Kroon, na advisering door Afdeling geschillen van bestuur van de Raad van State, komt de Kroon met het oordeel dat een artikel in het Eems-Dollard-verdrag uit 1960 niet een bepaling is die rechtstreekse werking heeft binnen de Nederlandse rechtsorde. Dit doet echter niets af aan de plicht van de Staat en daarmee ook de gemeente, die een ruimtelijke ordeningsplan wil vaststellen aangaande het gebied dat het Eems-Dollard-verdrag betreft, de bepaling in het verdrag te eerbiedigen. In de noot wordt dieper in gegaan op het begrip rechtstreekse werking, welke begrip in art. 93 Gw ontbreekt. Ook wordt er dieper ingegaan op de werking van verdragsregels in Nederland.
Annotaties en wetgeving | Annotatieseptember 1994AA19940605
Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State (ABRvS) 15 januari 2020, ECLI:NL:RVS:2020:80, zaaknr. 201900785/1/R1 (mr. Polak). Wro artikel 3.1 lid 1
Annotaties en wetgeving | Annotatiemaart 2020AA20200278