M. Resink
'Een faculteit is heel gemakkelijk te runnen met een schoolschriftje, een potlood en een gummetje, maar goed...' verzuchtten Pinceel en Swaeneveer in Alibi, het faculteitsblad van de juridische faculteit van de Universiteit van Amsterdam. Dit naar aanleiding van de festiviteiten die voor en door voornoemde faculteit zijn georganiseerd ter gelegenheid van 350 jaar hoger juridisch onderwijs te Amsterdam. De werkelijkheid van het moment is echter bepalend voor de toekomst; 350 jaar geschiedenis leert dat vandaag de dag de rechtenfaculteit vele malen groter en complexer is, dan men in het verleden had kunnen denken, zodat aan een zekere bureaucratie niet valt te ontkomen. In dit artikel zal in kort bestek iets gezegd worden over enkele aspecten van het juridisch onderwijs, zoals dat is gegeven aan het Athenaeum Illustre en aan wat later, na 1877, zou worden de Universiteit van Amsterdam. Dit zal gebeuren aan de hand van prestaties en wanprestaties van een aantal hoogleraren die in de afgelopen 350 jaar het juridisch onderwijs mede vorm hebben gegeven.
Perspectief | Perspectiefartikel
januari 1991
AA19910042